Het is moeilijker om je een groter land voor te stellen dan een kleiner land. Je begrijpt bijvoorbeeld volledig hoe klein Luxemburg is als je je GPS verkeerd afstelt en binnen een kwartier aan de andere kant van het land bent beland. Voor Amerikanen is het dus ook niet moeilijk om zich voor te stellen hoe klein België is. In het CIA World Factbook wordt de grootte van België beschreven als ‘about the size of Maryland’ en daarmee weet het Amerikaanse publiek precies wat te verwachten. Voor Europeanen is de omgekeerde denkpiste een stuk moeilijker te volgen. Het kleinelandenkader blijf je meedragen, hoe vaak je ook de Atlantische oceaan overvliegt.
Tien jaar geleden ben ik van de Amerikaanse oostkust naar de westkust gelift, met uitstapjes tot Michigan, Texas en Idaho. Ik weet dus wel wat over de grootte van Amerika. Vandaag ga ik een poging doen de grootte van Amerika inzichtelijk te maken.
Met 9,8 miljoen vierkante kilometer is de VS groter dan China en India, alleen Canada en Rusland hebben een grotere oppervlakte. Als de Benelux in de regio van Seattle zou liggen, dan ligt Syrië in Texas en Florida in Iran, terwijl New York ergens in Kazachstan zou liggen.
België en Nederland zijn zo klein, dat alleen ultra-nerds interesse hebben in de reikwijdte van radiotorens en in de vragen rond concessies van radiozenders. Het is hier normaal dat er landelijk dekkende radiozenders bestaan. Zo normaal zelfs, dat het ontvangen van een radiosignaal wordt gezien als een recht, waar een belastingplicht tegenover staat. De nationale overheid reguleert en financieert de ether, de politiek bemoeit zich met de invulling. Hobbyisten die vanuit hun schuurtje frequenties rondzenden worden stoorzenders genoemd die zich niet aan de regels houden. De lucht is vol, net als het land.
Landelijk dekkende radiostations zijn in de VS, vanwege het gigantische land- en luchtoppervlak, niet bepaald aan de orde. Er zijn meer dan 15.000 radiostations die hun best doen om de ether vol te pompen. In Nederland en Vlaanderen zijn ze op twee of drie handen te tellen, afhankelijk van hoe je telt. Niet elke radiozender in Amerika een onafhankelijk mediabedrijf: er zijn samenwerkingsverbanden. Het beursgenoteerde iHeartradio is het grootste netwerk, met 855 radiostations in het ledenbestand. Desalniettemin zijn alle radiostations ‘lokaal’, in die zin dat hun publiek beperkt blijft tot de reikwijdte van hun radiomast. De onderwerpen in het nieuws, de gasten in de studio en de bedrijven die adverteren zijn dus ook ‘lokaal’.
Landelijke dekking is ook voor televisie een utopie. Er wordt hier een onderscheid gemaakt tussen ‘owned and operated‘ en ‘affiliated’ televisiestations. In Nederland en België zijn alle televisiestations ‘O&O’. In de VS kan een stationschef van een station in Wyoming er voor kiezen als ‘affiliate’ te opereren en de verschillende televisienetwerken tegen elkaar op laten bieden voor de televisiekijkers in zijn dekkingsgebied.
Ook kranten zijn ‘lokaal’. The New York Times en The Washington Post zijn niet representatief voor heel Amerika omdat er ook krantjes zijn zoals ‘Sioux City Journal‘ en de ‘Donaldsonville Chief‘. Niemand in Sioux City of Donaldsonville leest de krant van Washington of New York.
De mediaconsumptie van een Amerikaan is dus voor 99% ‘lokaal’. Ik schrijf lokaal tussen aanhalingstekens omdat lokaal in deze context gelijk staat aan de grootte van Nederland of België. Als we het hebben over lokale radiozenders, televisiezenders of kranten dan hebben we het over de kwaliteit en de budgetten die horen bij een landelijk medium in één van de Noord-Europese microstaten.
Cable-television is de uitzondering op het lokale Amerikaanse media-dieet, maar het is geen grote uitzondering. Op 300 miljoen Amerikanen waren er op het hoogtepunt van cable-television, in 2000, ‘slechts’ 68 miljoen ontvangers. De kijker van CNN zit op een hotelbed in Stockholm, niet op de bank in Buffalo. Fox News zegt net zo veel over de Amerikaanse televisiekijker als Euronews zegt over de Europese.
De televisiezender die wel in elk van de Verenigde Staten aandachtig wordt bekeken is de Weather Channel. De weergoden zijn op planeet Amerika, met een klimaat dat gaat van Siberië tot de Sahara, minder mild dan op het Europese subcontinent. Op het moment dat ik deze blog schrijf (12 mei) zijn er stormen en vloedgolven in Louisiana, sneeuwt in het in Colorado en is het 36 °C in California. Tornados en bosbranden zijn een vast onderdeel op dit kanaal en waar het spektakel op onze weerstations in de coulissen van de Noordzee plaatsvindt is het in het derde grootste land ter wereld altijd showtime.