Wie is wie in cyberspace 1/4: Introductie

wachtwoorden-157000-klanten-nederlandse-webwinkel-gestolen

De grootste frustratie van bloggers die over het internet schrijven is de taal. Eigenlijk heb ik een hekel aan teksten waarin eerst uitvoerig wordt ingegaan op de methodiek en de terminologie en het afbakenen van het gebied waarover geschreven gaat worden, maar nu ik ga schrijven over ‘Cyberspace’ kan ik niet anders. Daarom begin ik met het conceptualiseren van cyberspace, voordat ik in de overige drie blogs inga op drie hackersgroepen: inlichtingendiensten, bedrijven en actiegroepen. Ik zie dat u uw wenkbrauw aan het fronsen bent. Bij hackers dacht u aan eenzame criminelen die geld en naaktfoto’s uit computers stelen, niet aan overheidsinstellingen, private- of maatschappelijke partijen. Welnu, ik moet toch iets doen om uw aandacht er vanaf het begin bij te houden?

‘Cyberspace’ is feitelijk een synoniem voor ‘internet’. Beide slaan op het gebied waar communicatie tussen computernetwerken plaatsvindt. ‘Cyber-’ was oorspronkelijk een voorvoegsel dat overal voor kon worden geplakt om het hip en modern te laten klinken, maar wordt vandaag voornamelijk in een context van onwenselijkheid gebruikt. Voorbeelden zijn (cyber-) pesten, (cyber-) criminaliteit en (cyber-) oorlog. Op UrbanDictionary.com is ‘cyber’ een werkwoord dat gelijk staat aan webcamseks.

Wij zullen cyberspace gaan beschouwen als het ‘territoriale internet’. Probeert u zich het internet voor te stellen als een schaakbord met miljoenen vakjes. Ieder vakje is een systeem/administratie. Een dorpsbibliotheek heeft bijvoorbeeld een computer waar bibliothecaris Freddy bijhoudt wie er lid is van de bibliotheek en wie welke boeken heeft uitgeleend. Zolang de computer niet op het internet is aangesloten blijft dit een geïsoleerd vakje. De kans is echter groot dat Freddy zijn administratie vroeg of laat toe zal vertrouwen aan ‘de Cloud’, zodat hij er overal bij kan en hij niet bang hoeft te zijn dat hij al zijn werk verliest als de computer crasht. Freddy kiest uiteindelijk voor OneDrive, zodat hij ook online zijn Excel-bestanden kan bewerken. Hiermee heeft Freddy zijn vakje toegevoegd aan het imperium van Microsoft.

Het vakje van Freddy zit niet alleen in het imperium van Microsoft, maar ook in het imperium van de NSA. De Amerikaanse internetbedrijven hebben een overeenkomst gesloten met de NSA waarin bepaald is dat ze veroverde vakjes met elkaar zullen delen. Dit is ook de reden dat Rusland en China hun eigen internetbedrijven hebben en de grote Amerikaanse bedrijven buiten de deur willen houden.

De vakjes van cyberspace kunnen dus door meerdere partijen ‘veroverd’ zijn, soms zelfs zonder dat ze het van elkaar weten. Hackers kunnen het vakje bijvoorbeeld binnenkomen via een gat in de muur dat door de andere gebruikers van het systeem nog niet is opgemerkt. Een individuele hacker heeft er echter niet zo veel aan om door het gaatje te kruipen en een beetje in het vakje rond te wandelen als er niet direct geld uit valt te zuigen, dus in de meeste gevallen zal de individuele hacker het gaatje voor een hallucinant bedrag verkopen op de zwarte markt. Dan komt het gaatje, en dus het vakje, in handen van een bedrijf, een inlichtingendienst of een (kapitaalkrachtige) actiegroep.


De op één na grootste frustratie van bloggers die over het internet schrijven is het vinden van cyberplaatjes. Meestal kom je terecht bij iets met groengloeiende tekst op een zwart beeldscherm, een toetsenbord en een mysterieuze hand of iets met een slotje. Voor deze serie zal ik de holle plaatjes van NU.nl/tech gebruiken. Ter lering en vermaak.

Eén reactie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s